Deel C – Overig scheepsbedrijfsafval

 

Verzameling, afgifte en inname van overig scheepsbedrijfsafval

 
De bepalingen van deel C van de uitvoeringsregeling regelen de omgang met het overig scheepsbedrijfsafval dat niet onder deel A (olie- en vethoudend scheepsbedrijfsafval) of deel B (afval van de lading) valt. Voor de schippers betekent dit dat zij huishoudelijk afval waar mogelijk op de volgende manier moeten scheiden:

  • papier,
  • glas,
  • harde (plastic) kunststoffen,
  • verpakkingsafval (plastic, metaal en drankkartons),
  • restafval, en
  • overig afval.

 
Ook voor andere categorieën kan afval ontstaan:

  • huishoudelijk afvalwater (afvalwater afkomstig uit keukens, badkamers en toiletten),
  • zuiveringsslib (slib afkomstig uit een boordzuiveringsinstallatie),
  • slops (verpompbaar of niet verpompbaar mengsel bestaande uit ladingrestanten met waswaterrestanten, roest of slib),
  • gevaarlijke afvalstoffen (chemisch, elektrisch en elektronisch afval, verfresten…).

 

Werkwijze

Het verdrag voorziet voor deze afvalstoffen, net als in de delen A en B, een algemeen verbod op het inbrengen en lozen.
 
Om lozingen in de vaarweg te voorkomen, moeten er twee stappen worden gezet:

  1. 1) de verzameling aan boord: het afval moet waar mogelijk aan boord worden verzameld, gesorteerd en in geschikte houders en tanks worden bewaard,
  2. 2) de afgifte aan wal: het afval moet worden afgegeven bij een aangewezen ontvangstinrichting.

 
Opmerking: het verbod op het inbrengen en lozen van huishoudelijk afvalwater betreft met ingang van 1 januari 2025 ook de schepen met meer dan 12 passagiers (en niet alleen de schepen met meer dan 50 passagiers). De schepen die vóór 2008 in bedrijf zijn genomen en niet over de adequate technische uitrusting beschikken, maken onderwerp van overgangsbepalingen uit.
 

Financiering en verantwoordelijkheden

De schipper is verantwoordelijk voor de verzameling en selectieve scheiding van het afval aan boord en voor de afgifte aan wal. Voor passagiersschepen die beschikken over een boordzuiveringsinstallatie is de exploitant van het schip verantwoordelijk voor de afgifte van het zuiveringsslib.
 
De financiering is verschillend geregeld voor de diverse afvalsoorten.
 
De voorschriften voor de vrachtschepen hebben tot doel een uitrustingsniveau en een financieringsvorm tot stand te brengen die vergelijkbaar zijn met de voorzieningen op de kade. Dit betreft met name:

  • de inrichting van gemakkelijk toegankelijke ontvangstinrichtingen in de nabijheid van de aanlegplaatsen,
  • geschikte verzamelreservoirs aan boord voor de diverse types huisvuil, voorzien van een passend pictogram,
  • een financieringsvorm waarvoor de schipper zich afhankelijk van het type afval moet wenden tot de bevoegde beheerder van deze ontvangstinrichtingen.

 
Het huisvuil kan op deze manier in de havens worden afgegeven, bij voorkeur gescheiden naar de fracties papier, glas, harde (plastic) kunststoffen, verpakkingsafval (plastic, metaal en drankkartons), restafval en overig afval. Op sommige locaties zijn de afgiftepunten beperkt tot één of meer afvalstoffen. Voor de afgifte van klein gevaarlijk afval kan een financiële bijdrage worden gevraagd, in sommige ontvangstinrichtingen kan dit ook zonder betaling.
 

Hulpmiddelen

Voor de omgang met het huishoudelijk afvalwater van passagiersschepen (met meer dan 12 passagiers) zijn specifieke procedures voorzien, afhankelijk van de uitrusting van het schip:

  • verzameling aan boord (in tanks) en vervolgens lozing op een geschikt rioolstelsel in de haven of bij de ligplaats, of/li>
  • verzameling aan boord (in tanks) en vervolgens inzameling via een mobiele ontvangstinrichting voor verdere afvoer en verwerking, of
  • behandeling van het afvalwater aan boord in een toegelaten boordzuiveringsinstallatie en vervolgens lozing van het gezuiverde water in de vaarweg. Het overgebleven zuiveringsslib moet worden afgegeven bij een gespecialiseerd bedrijf.

 
Om omwegen te voorkomen, moeten de ontvangstinrichtingen voor overige afvalstoffen goed bereikbaar zijn en dicht bij de plaatsen liggen waar schepen afmeren. Dit kunnen overslaginstallaties, aanlegsteigers voor passagiersschepen, ligplaatsen en sluizen zijn.
 
Het verzamelde huisvuil moet aan boord worden opgeslagen in geschikte verzamelreservoirs die zijn voorzien van de bijbehorende pictogrammen. De website van het CDNI bevat richtsnoeren met mogelijke pictogrammen die de schippers behulpzaam kunnen zijn.
 



Voorbeelden van pictogrammen voor het verpakkingsafval

 
De lokale en nationale afvalvoorschriften kunnen aanzienlijk verschillen. Ook moet rekening worden gehouden met uiteenlopende uitrustingsniveaus in de verschillende landen en havens. De binnenvaart is bekend met dit soort situaties. Er wordt gewerkt aan een betere coördinatie en optimalisatie op internationaal niveau.
 
De ontvangstinrichtingen staan aangegeven op een interactieve kaart op de website van het CDNI. Met een filter kan de dichtstbijzijnde ontvangstinrichting worden gelokaliseerd die aan de behoeften van de schipper is aangepast (contacten en openingstijden).
 

Documenten